In stilzitten ben ik niet zo goed. Dus als ik niets te doen heb op zondag, wil het nog wel eens voorkomen dat ik op het aanbod van een vriendin inga om vrijwillig (enigszins) en expres (geheel) naar de IKEA te gaan. Laatst werd dit werkelijkheid en ik ontdekte eindelijk de gevaren van IKEA.
Ten eerste barst IKEA op zondag van de kinderen. Huilende kinderen. Zondag is eigenlijk gewoon mijn rustdag en huilende kinderen werken daar niet echt aan mee. Maar goed, deze geluidsgolven probeer je mentaal gewoon te blokkeren en na een uurtje ben je al een heel eind. Zodra je dat voor elkaar gebokst hebt, loop je bijna letterlijk en figuurlijk tegen het tweede probleem aan. Je weet bij IKEA namelijk nooit zeker of je wel van de ene volledig gestylde kamer naar de volgende kan. Voor je het weet zit er een plastic plaat of iets tussen. Eigenlijk loop je dus rond als verkapte ninja, omdat je armen en benen gebruikt om te checken of het een vrije doorgang is.
Zodra je de route grotendeels met succes hebt afgelegd, kom je bij dingen als dekbedovertrekken, geurkaarsen en als klap op de vuurpijl ook nog eens de koopjeshoek. Hóé krijg je het voor elkaar om de IKEA te verlaten zonder iets te kopen? Dat kan toch gewoon niet? Or is it just me? Ik weet dat ik een zwak heb voor dekbedovertrekken (en schoenen, boeken, gadgets en alle andere hebbedingetjes) en dat mijn ruggengraat uiterst week is, maar toch. Zijn er echt mensen die weggaan met lege handen? Over handen gesproken: als je langs de kinderafdeling komt, moet je gewoon proberen een handpop aan te trekken, want ja, humor om te lachen. Blijkt dat je hand gewoon te groot is. Dan voel je je oud, hoor.
Mocht ik een prestatie van jewelste geleverd hebben door genoeg weerstand te bieden aan alle leuke dingen, kom ik bij de uitgang ineens bij de afdeling lekkere dingen. Hotdogs. Donuts. De beroemde balletjes. De donuts en balletjes laat ik vaak voor wat ze zijn, maar die hotdog moet toch echt gegeten worden. Met heel veel klodders saus waardoor dat ding eigenlijk niet eens meer lekker naar binnen te werken is. Als je dan denkt dat je alles gehad hebt, zit je er mooi naast. In de parkeergarage tref je een kindje aan dat verlaten is door haar ouders onder het mom van “let even op deze kar met spullen, wij gaan de auto halen”. Het kind gilde moord en brand en ik voelde me toch wel verplicht een oogje in het zeil te houden. Tijdens het observeren vroeg ik mezelf heftig af wat voor zin het heeft om je vierjarige kind die taak te geven. Alsof ze ook maar iets kan doen als iemand de spullen meeneemt? Goed, moraal: ik ga dit jaar niet meer naar IKEA. Tenzij ik een dekbedovertrek nodig heb. Of zin heb in een hotdog.
6 reacties
Hahaha geweldig geschreven ! En ja, een kind van vier achterlaten bij de kar is wel sneu.
Dank je! Ja, ik vond het zielig.
Hahaha
Haha herkenbaar! ;-) Ben er net afgelopen zaterdag geweest, tot mijn verbazing was het nog redelijk ‘rustig’ haha. Maar je komt er nooit, maar dan ook echt nooit met lege handen uit en ik moet altijd een hotdog… ;’)
GE-WEL-DIG. Wat goed geschreven!!!!!!!
Bedankt, Fred!